Traditionele Chinese Geneeskunde

 

De Traditionele Chinese Geneeskunde (TCG) bestaat al duizenden jaren en is gebaseerd op een holistische benadering van de mens. Dat houdt in dat de mens als een onlosmakelijk deel van zijn omgeving wordt gezien. Het betekent ook dat lichaam en geest als één geheel worden beschouwd.

Om het lichaam en ziekten te verklaren zijn er verschillende theorieën ontwikkeld. Deze theorieën worden nog steeds in de Chinese geneeskunde gebruikt. De belangrijkste theorieën zijn de YinYang theorie, meridiaan theorie, acht-principes, Chinese orgaan theorie (ZangFu), vijf elementen theorie, vloeistoffen theorie (Qi, Xue, JinYe en Jing) en de ziekte veroorzakers (Six Evils).
Door middel van onderzoek (anamnese, tong bekijken en voelen van de pols) wordt er bekeken welk patroon/disbalans (diagnose) iemand heeft. Daarna wordt er een behandelplan opgesteld met als doel de disbalans weer te herstellen. Dit kan door middel van acupunctuur, kruiden, voeding, leefstijlveranderingen, een andere therapie of een combinatie daarvan.